Er is meer aandacht nodig voor vitaal ouder worden, zo valt te lezen in de Landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024. Cliëntondersteuner en trainer Agaath Vermast ziet veel ouderen zoeken naar hun balans. ‘Een goed gesprek doet wonderen.’

 

Vermast kent de wereld van het ouder worden maar al te goed. Vanuit de seniorenorganisatie KBO-PCOB organiseert ze gespreksgroepen voor ouderen. Ook schuift ze regelmatig aan bij de keukentafelgesprekken. Maar bovenal weet ze met haar 75 jaar ook wat ouder worden met je doet. ‘De beperkingen sluipen erin. En wat ik vaak herken in andere ouderen: we doen ons beter voor dan we zijn.’

 

Praten is belangrijk

Levenskunst is het woord dat ze graag gebruikt. In de folder waarmee ze ouderen attendeert op haar gespreksgroep, staat dat het ouder worden geen probleem hoeft te zijn. ‘Maar mensen hebben mensen nodig. Praten is zo belangrijk. Ik probeer ouderen uit het isolement te houden en samen te doorgronden wat voor hen belangrijk is.’ Een van de instrumenten die ze daarbij gebruikt, is het spinnenweb Positieve Gezondheid. Ook ziet ze de assen van het spinnenweb als onderwerpen om met elkaar te bespreken in de groep.

 

Geldproblemen spelen vaak een rol

De ouderen die een beroep op haar doen, hebben bijna allemaal moeite om rond te komen. Dat heeft grote invloed op hun leefgewoontes. ‘Kom ik bij ze thuis, dan staan de koekjes voor me klaar. Maar vraag ik naar hun eetgewoontes, dan blijken ze dagenlang te leven op bijvoorbeeld een krop ijsbergsla, wat eieren en een pak rijst. Als ik opper om eens te ontbijten met kwark en van die blauwe bessen, zeggen ze verschrikt: weet je wel wat dat kost?’

 

Slecht geïnformeerd zijn

Mensen zijn vaak ook slecht geïnformeerd. Over gezond eten bijvoorbeeld. Maar ook over de voorzieningen waar ze recht op hebben. ‘Dat blijft me verbazen. Dan is er nauwelijks een cent, maar hebben ze nog steeds geen huursubsidie. Ik help ze dan op weg om dat geregeld te krijgen. Dat geldt ook voor allerlei toeslagen waar ze recht op hebben, zonder het te weten.’

 

Zingeving onder druk

Op zingeving scoren ouderen vaak laag, is haar ervaring. ‘De meesten die naar de gespreksgroepen komen, hebben veel meegemaakt in het leven. Ik zie ook veel eenzaamheid. Vaak komen de ouderen de eerste keer wat schuchter binnen. Maar gaandeweg verandert er wat. Ze zoeken elkaar steeds meer op. Ze rechten hun rug, worden vrolijker, houden onderling contact, en er komt weer een lippenstiftje uit de tas.’

 

Te weinig oog voor álle levensterreinen

Zingeving kun je niet los zien van waar je energie zit en daar moeten we het met elkaar eens goed over hebben, vindt ze. Vermast zit in haar eigen stad in het strategisch aanjaagteam rond ouder worden. Daar zitten bijvoorbeeld de zorgaanbieders, gemeente en de woningbouw in. Door de coronacrisis kon er veel minder hulp geboden worden aan ouderen. ‘En dan trekken ze hun conclusies. Er zijn dus geen grote rampen gebeurd? Dan kunnen we het aanbod wel zo houden. Ik zeg dan altijd: voor veel ouderen geldt dat als zij zelf gaan stofzuigen, zij s ‘middags geen energie meer hebben om naar buiten te gaan, hun eigen boodschappen te halen, mensen te zien, een praatje te maken. Dat lukt gewoon niet als je moe bent. Los je dus het ene probleem op door te snijden in huishoudelijke hulp, dan creëer je op andere levensterreinen een nieuw probleem.’

 

Spinnenweb op tafel leggen

Vermast wil nu de gemeente voorstellen om bij de beleidsdiscussie het spinnenweb op tafel te leggen. ‘Waar het om gaat is dat ze naar alle levensgebieden tegelijkertijd kijken, samen met de ouderen. Wat zijn hún behoeften, wat is voor hén belangrijk. Als de gemeente zonder die blik tot besluiten komt, ontneemt ze ouderen de kans om zelf te kunnen kiezen. Eigen regie, daar gaat het om. Ik zou zeggen: pak dat spinnenweb erbij. Altijd. Tijdens het opstellen van de strategische agenda, tijdens de uitvoering ervan, tijdens de keukentafelgesprekken. En blijf vragen: wat is voor jou belangrijk.’

 

Ouder worden draait om balans

Balans is volgens Vermast het sleutelwoord bij het ouder worden. Wie een goede balans vindt, heeft meer kans om gelukkig te zijn. Ook voor Vermast zelf blijft het zoeken naar die balans. ‘Door mijn beperkingen scoor ik op mijn fysieke gezondheid niet zo best. Maar ik heb geen zin om me daardoor te laten ontmoedigen. Het tegenwicht zit voor mij in andere ouderen helpen, de gespreksgroepen die ik begeleid. Daar krijg ik energie van. Als ik ’s avonds in bed stap, stel ik mezelf de vraag: wat waren de pluspunten van deze dag? En reken maar dat ik dan tevreden in slaap val.’